Getuigenis Davide Carini
De familie van de Italiaan Davide Carini kwam tot geloof toen hij nog jong was. Carini wilde wetenschapper worden en begon in zijn tienerjaren twijfels te krijgen over het christelijke geloof. Tóch zag hij uiteindelijk duidelijk Gods werk in de schepping.
Carini: “Ik ben in 1993 geboren, in een rooms-katholiek gezin. We waren actief in de kerk: mijn moeder en ik zaten in het kerkkoor terwijl mijn vader hielp met het dragen van de ‘heiligen’ in de processies. Op een dag ging mijn vader op de fiets weg en ontmoette een christelijke zendeling die aan het hardlopen was. Op de achterkant van zijn shirt stond “Jezus is Heer” geschreven. Dit trok de belangstelling van mijn vader en hij begon hem vragen te stellen. De zendeling gaf duidelijk de juiste antwoorden op deze vragen die altijd onbeantwoord waren gebleven. Daardoor kreeg mijn vader het verlangen om de Heilige Schrift te onderzoeken. Hij wilde vooral meer ontdekken over God.”
BEKERING
“Mijn vader raakte ervan overtuigd dat hij een relatie met God zou kunnen hebben, zonder een tussenpersoon, zoals een priester van de Rooms-Katholieke Kerk. Door Jezus is het mogelijk om een levende relatie met God te hebben. Dat is Gods verlangen.Mijn familie bekeerde zich in 2000, toen ik nog maar zeven jaar oud was. Het was niet gemakkelijk. We hebben verschillende ruzies en zelfs scheidingen meegemaakt. Mijn rooms-katholieke grootouders en ooms hielden niet van onze ‘bekering’, deze verandering van religie. Ze schaamden zich ervoor en wilden er nooit over praten. Zelfs voor mij was het op die leeftijd niet gemakkelijk. Ik werd afgewezen door mijn vrienden die wel gingen zingen bij het koor van de rooms-katholieke kerk. Na verloop van tijd zijn familie en vrienden meer toleranter geworden.”
GODS SCHEPPING
“Tijdens mijn tienerjaren ben ik meer kritisch geworden ten opzichte van God en religie, met name op de middelbare school. Ik ben zo ver gegaan dat ik het bestaan van God ontkende: ik wilde wetenschapper worden en wilde niks meer met religie te maken hebben. Deze periode duurde niet lang. Door de logica in de schepping kwam ik in de knel met het atheïsme. De sterren, het universum, het zonnestelsel, de aarde, de natuur… het klopte allemaal. Inclusief de mensheid. In die tijd zag ik in dat de werkelijkheid om mij heen door niemand anders was gegeven dan door God, de hemelse Vader. Hij heeft alles geschapen en betekenis gegeven. In de Bijbel ontdekte ik Zijn grote plan: het creëren van een grote familie, levend in vrede met Hem, met onderlinge harmonie en liefde. Zoals in het eerste hoofdstuk van het boek Genesis staat: “God zag alles wat hij had gemaakt, en zie, het was zeer goed” (1:31). Toen ik dit mocht zien, kon ik niet langer op afstand blijven. Ik dank God dat ik deel mag uitmaken van Zijn gezin.”